Tag Archives: frans noltee

Big Five High Five

23 sep

BIGFIVEHIGHFIVE.001

Samen met een vriendelijke vrachtwagenchauffeur zitten we te genieten van mijn vader’s zelfgemaakte boterkoek. We rijden op een industrieterrein in Worchester en stoppen bij een plaatwerkerij waar we worden begroet door de eigenaar, een stevig gebouwde dertiger die zich zo los gerukt lijkt te hebben van een braai met vrienden. De vriendelijke vrachtwagenchauffeur legt hem uit waar de bus staat en neemt afscheid. Ik loop met hem mee, bedank hem hartelijk en geef hem 100 rand, in 2004 toen zo’n € 10, wat hij weigert door zijn rechterhand met gespreide vingers voor zijn gezicht te houden waarbij hij zijn ogen sluit en zijn hoofd licht buigt. In een reflex geef ik hem een soort high five met mijn rechterhand waarin zich de 100 rand bevindt gevolgd door mijn linkerhand die met mijn rechterhand zijn hand met de 100 rand als een soort kluis omsluit.

saf100

In het Engels zou het mooier klinken; safe. Hij geeft zich over en voegt ook zijn tweede hand toe. Onze vier handen omsluiten het honderd rand biljet met een van de Big Five erop; de buffel. Een High Five met een Big Five. Onze vier ogen kijken elkaar in een moment van dankbaarheid aan. Mijn glimlach en knikje doen zijn handen verslappen en op mijn “baie baie dankie” reageert hij met “Good luck and enjoy your trip.”

Achter mij hoor ik met een hoop gepiep en gekraak een autoportier openen. Voor de derde keer vandaag stap ik in een andere auto. Bernardo vliegt nog steeds met zo’n 900 kilometer per uur richting Kaapstad. Wij rijden inmiddels met zo’n 100 kilometer per uur van Kaapstad af. Ondanks dat ik dichterbij een oplossing ben maak ik me zorgen. De bus staat straks bij een plaatwerker met een takelwagen in Worchester en Bernardo met een koffer in Kaapstad. Ik probeer het rustig te krijgen in mijn hoofd en vraag de plaatwerker of hij denkt de bus te kunnen maken. De toon waarop hij “We will make a plan.” met me deelt stelt me tijdelijk gerust. Een gevoel dat ik graag had voorzien van een laagje hoop in de vorm van een stuk boterkoek, maar die was op.

We komen aan bij de bus en de plaatwerker koppelt de bus aan de takelwagen waarbij hij grote spanbanden om de pas gespoten voorbumper spant. Ik slik mijn “Voorzichtig!” in en zie de blijkbaar nog niet uitgeharde verf opkrullen op de plek waar de spanband de bumper stevig omarmt. Het voelt als de eerste kras op je nieuwe auto maar ik hoor Bernardo in gedachte dichterbij komen. Schoonheid van de bus is weer voor latere zorg. Functionaliteit heeft nu prioriteit. De bus moet weer gewoon rijden. Als we bij de werkplaats in Worchester aankomen en de werkplaats binnen rijden valt mijn mond open van verbazing. Het lijkt wel of ik in de werkplaats van een Formule 1 team ben beland. Er bestaat geen groter contrast met de garages waar ik eerder in Zuid Afrika ben geweest. De plaatwerker die ook de eigenaar blijkt te zijn ziet mijn half openstaande mond van verbazing en nodigt me uit wat rond te kijken, hij moet even wat telefoontjes plegen. Het is inmiddels bijna 18.00 uur en iedereen was al naar huis. Even later komt er een voor een aantal mensen binnen die aan de bus beginnen te werken. Ik sta erbij en kijk erna. De bus en ik hebben een pitstop gemaakt in Worchester en de diagnose is inmiddels ook gesteld; een kapotte brandstofpomp. Na drie telefonische “nee’s” volgt een “Ja!” en een van de monteurs vertrekt en komt een uur later terug met een nieuwe brandstofpomp.

‘It’s not what you know but who you know’ Maar deze mannen wisten niet alleen wat ze deden, voor wat ze niet hadden kenden ze wel iemand.

Om 20.30 zit ik weer in de bus. Bij een groot Shell station net buiten Worchester bestel ik de grootste Steers burger die er is. Bernardo is de daling aan het inzetten in de lucht. Ik plof neer met een diepe zucht.

Met een volle maag en tank vertrekken de bus en ik richting het vliegveld. Ik parkeer de bus en loop richting International Arrivals en zie boven de ontvangsthal de eerste passagiers uit Amsterdam lopen. Nog geen 5 minuten later zie ik Bernardo met zijn trolley in de ene hand en de andere hand een grote zwaai richting mij maken. Ik zwaai terug met mijn rechterhand automatisch gevolgd door mijn linker alsof ik net de Formule 1 gewonnen heb.

I love it when a plan comes together.

ps

Wil je het hele verhaal van de bus en mij lezen? Download het hier: NOLTEEVWT2

Boterkoek

22 sep

BOTERKOEK.001

Dit is weer een moment om mijn technische Kennis toe te lichten. Technische Kennis definieer ik als volgt; De resultante van

  • Wat ik Weet van Autotechniek, keer
  • Wat ik Kan met Autotechniek, keer
  • Wat ik Wil met Autotechniek, keer
  • Wat ik ooit Gedaan heb met Autotechniek

Ik weet dat een auto benzine nodig heeft. Dit had de bus voldoende. Ondanks dat de benzinemeter stuk was hield ik in mijn Busboekje nauwkeurig de kilometerstand bij en het aantal liter dat ik tankte bij elke tankbeurt. Om te weten wanneer ik bij een gemiddelde van 1:7 weer moest tanken. Een blik in mijn Busboekje vertelde me dat ik nog zo’n 140 kilometer te gaan had voor een noodzakelijke tankbeurt. Met zekerheid kon ik concluderen dat het niet een gebrek aan benzine was.

Ik weet dat een auto stroom nodig heeft. Ook dit was het probleem niet. Als ik de bus probeerde te starten draaide de startmotor maar sloeg hij niet aan. Het was niet de accu.

En toen was het boek ‘Cor en de kunst van Autotechniek’ al uit. Conclusie. De bus doet het niet meer en ik wist niet wat er aan de hand was. De bus en ik waren ons letterlijk kapot geschrokken van de rakelings voorbij razende BMW. Ik begon te geloven dat de bus en ik inmiddels zo verbonden zijn dat we één zijn.  Zoals Kevin Kelly verwoordt in zijn boek ‘De wil van technologie’  en hier in gesprek met journalist Frank Mulder:

“Het is een product van ons brein, en daarmee een verlengstuk van de evolutie en van het leven zelf. Ik beschouw technologie in zijn samenhang, als systeem. Voor de productie van je computer of zelfs een broodrooster zijn honderden andere technologieën nodig. Niets staat los, het is een ecosysteem dat maar groeit en groeit. Ik noem dat het technium. Het omvat 170 biljard computerchips en drie miljard telefoons en webcams die één gigantisch computerplatform vormen. Het omvat ook schilderijen, rechtssystemen, broodroosters en snelwegen. Het is in feite een organisme geworden, dat meer meer is dan de som der delen.”

Mijn Kennis is verbonden met alle onderdelen van de bus. Het is een geheel en dat Technium staat nu stil langs de kant van de weg. De bus en ik willen wel maar kunnen niet en daar kan mijn Kennis geen verandering in brengen.

Ik zie een beeld voor me van Bernardo die later vanavond aankomt op het vliegveld van Kaapstad en mij daar niet treft. Ik realiseer me dat hij ook het telefoonnummer van mijn vader niet heeft. Wat zou hij doen? Zou hij wachten of misschien wel een hotel boeken en hoe zou ik daar dan achter komen? Ik probeer mezelf wijs te maken dat ‘alles reg sal kom’ wat me doet denken aan het antwoord wat ik altijd geef aan mensen die me vragen of “alles goed is?”;

Veel wel maar niet alles. Nu dacht ik hetzelfde.

Ik besloot mijn afleiding te zoeken in de padkos die ik van mijn vader had meegekregen; boterkoek. Het is onmogelijk negatieve gedachten te hebben met een stuk boterkoek in je mond en je blik op een babyblauwe T2 uit 1979. Mijn neiging om nog een stuk van de twee overgebleven stukken boterkoek te nemen wordt onderbroken door de gedachte dat ik die wil delen met Bernardo. Mijn hoop straal ik in op de twee stukken boterkoek sluit de deksel en leg het Tupperware trommeltje terug in het handschoenenkastje. Ik sta aan de linkerkant van de bus en zie in mijn rechterooghoek langzaam een vrachtwagen naderen. De vrachtwagen stopt en de chauffeur stapt uit en vraagt me vriendelijk wat er aan de hand is. De opstaande motorklep en de knipperende lichten van de bus hadden hem doen stoppen om ons te helpen. Ik denk dat we nog geen 10 minuten stil gestaan hadden.

Hij kende een sleepbedrijf in Worchester, zo’n 20 kilometer verderop, waar hij me wel naar toe wilde brengen. Ik klom in de vrachtwagen, bedankte hem hartelijk en opende de deksel van het Tupperware trommeltje dat ik snel had meegenomen.

“Stukkie boterkoek?”

Zijn vriendelijke bruine ogen keken me over de rand van zijn bril aan en zijn optrekkende wenkbrauwen namen zijn oogleden mee waardoor zijn ogen nog groter leken. Maar nog niet zo groot als zijn maag daar was zeker nog ruimte voor mijn vader’s boterkoek.

In de buitenspiegel zag ik de bus kleiner en mijn hoop dat ik op tijd Bernardo op het vliegveld zou ophalen, groter worden. Ik steek het laatste stuk boterkoek in mijn mond. Sorry Bernardo.

 

ps

Wil je het hele verhaal van de bus en mij lezen? Download het hier: NOLTEEVWT2

 

 

STRANGE SOUND

27 nov

SOSTRANGE.001

Gisteren had ik mijn Vader aan de Skype. Mijn Vader is gepensioneerd cactuskweker, fotograaf en schrijver.  Het kweken staat op een heel laag pitje maar het fotograferen en schrijven, en met name het schrijven, hebben de laatste tijd een flinke impuls gekregen. Hoe dat komt? Omdat hij, geïnspireerd door mijn dagelijkse blog experiment, zelf ook is gaan bloggen.

Ik denk dat ik voor het eerst in mijn leven mijn Vader geïnspireerd heb iets, anders, te gaan doen. (Pa, als er nog meer dingen zijn, hoor ik dat graag 🙂

Enfin. Al pratende kwamen we op zijn post van eergisteren. Je moet weten dat mijn Vader duizenden prachtige en unieke foto’s van hele bijzondere cactussen en vetplanten heeft. Zijn blog bestond in het begin uit alleen maar foto’s met hier en daar een korte beschrijving van wat, waar, wanneer. Gaandeweg is hij steeds meer verhalen gaan vertellen en dat is interessant. Mijn vader is een natural born storyteller maar zal dat nooit van zichzelf zeggen. Zijn blog was heel feitelijk en ook tijdens zijn vele lezingen liet hij de foto’s het woord doen. Feiten zonder emotie.

Gisteren vertelde hij dat hij iemand na een van zijn prachtige diaseries had horen zeggen ‘houdt hij wel van die planten.’ Blijkbaar hadden de prachtige, technisch perfecte foto’s de man niet geraakt. De perfecte foto’s lieten geen ruimte voor het menselijke aspect. Het verhaal om je in te kunnen verplaatsen.

Terug naar zijn post van eergisteren.

De post begint niet met een perfecte foto maar met een nieuwsgierig makende openingszin:

‘Strange though it may sound, up to yesterday I never managed to make a decent picture of a fully open Anacampseros telephiastrum flower.’

Dat klinkt inderdaad vreemd. MIJN vader was het nog NOOIT gelukt om een behoorlijke foto te maken van een volledig open Anacampseros telephiastrum bloem. Ahaaaa hoor ik de lezer denken. Het is hem dus OOK nog nooit gelukt

Als je geïnteresseerd bent in deze materie zit je direct op het puntje van je stoel. Je hebt waarschijnlijk zelfs nog nooit een foto van een volledig open Anacampseros telephiastrum bloem gezien. Laat staan in het echt.

Het ‘….up to yesterday…..’ geeft aan dat de kans heel groot is dat die unieke foto er zometeen aankomt.

En ja hoor mijn Pa neemt ons even mee op zijn fotoavontuur. Voor liefhebbers is dit smullen. Een soort David Attenborough van de cactussen. Loop je even mee:

‘Yesterday afternoon I went out to Kanonkop (Cannon head), a rocky outcrop overlooking Montagu.’

We ‘setten the scene’. Voor veel liefhebbers is dit gebied een waar paradijs. Het is de ‘achtertuin’ van mijn Vader. Hij woont in Montagu (Zuid Afrika).

‘Although I did not find what I had hoped to see, there were several other interesting plants, including a lot of flowering  Anacampseros telephiastrums.’

Spannend. Hij zoekt maar kan het niet vinden. Maar ontdekt toch iets nieuws. Iets wat hij nog NOOIT gezien heeft.

‘In fact I have never seen so many plants of this species together in one spot.’  

Uniek! En jij als lezer bent er bij. Met name door de specifieke tijdsaanduiding:

The flowers appear in November and December; they only open late afternoon (the pictures were made at about quarter past four).

Dan komen nu toch echt de foto’s.

For the first picture I just made a photo of what was in front of the camera. The result was not really exciting, to put it mildly.

Humor en zelfkritiek. Interessant. Niet perfect dus. Hij is blijkbaar ook maar een mens.

De tweede foto ziet er al een stuk beter uit. Waarschijnlijk is deze foto het resultaat van vele lezers. Herkenbaar dus. Maar het kan dus beter. Want ik voel een tip aankomen.

For the second one I positioned my camera bag in such a way that it shaded the background. Because of the great contrast in light between the  flower and the dark background, the flower was totally overexposed.

Met een handige tip van mijn Pa wordt de foto al heeeeeel veeeeel beter. Hij deelt zijn kennis.

When I took the same picture but with one stop underexposure (and somewhat more close up) the result was as follows.

Om vervolgens alles weg te geven.

This was the basis for the last picture, which was enhanced in post production by lowering contrast and highlights and raising the clarity, combined with a bit of cropping.

Vinden jullie het gek dat deze post een van zijn meest populaire tot nu is.

Is that SO STRANGE?

Ik heb bewust de foto’s weggelaten. Daarvoor moet je naar mijn Pa. Klik en kijk hier. Vindt hij leuk.

%d