Ik geloof in de kracht van spel als bron van vernieuwing. Ik geloof dat spel de meest krachtige, menselijke vaardigheid is om te verbeteren. En een van de essentiële onderdelen van een goed spel is een goed feedback systeem.
Dit is de laatste Design Dobbelsteen post. Mijn vrijwillige poging om in een week een overbodig obstakel te overwinnen. Namelijk het design thinking proces aan de hand van een mechaniek, de dobbelsteen, uit te leggen maar vooral met zijn tweeën uit te proberen.
Als je alle dobbelstenen achter elkaar plakt en er met zijn tweeën mee aan de slag gaat, eindig je allebei met een geredesignd idee. Vraag niet hoe het kan maar profiteer er van.
De laatste fase is het krijgen en geven van feedback. Ik gebruik daarvoor de methode van DasArts.
Barbara Van Lindt, managing director DasArts erover:
“Eén van de belangrijkste veranderingen die we hebben geïntroduceerd, is dat student die feedback krijgt, medeverantwoordelijk is voor waar hij feedback op ontvangt. Nog voordat de sessie begint, bepaalt hij waarop hij reacties wil ontvangen. Van Lindt: “We werken toe naar een cultuur waarin degene die presenteert, zijn vragen op tafel durft te leggen. In plaats van een schild te zetten voor zijn werk en zichzelf, nodigt de maker zijn collega’s uit een reactie te geven. Vooral wanneer je materiaal toont waar je nog mee aan het worstelen bent, kan de sessie informatief én productief zijn.”
“De maker heeft echt het gevoel iets gekregen te hebben om mee verder te bouwen aan het werk.”
Een van de meest in het oog springende elementen van de methode noemt Van Lindt dat de degene die presenteert, nauwelijks in gesprek gaat met degene die feedback geven. Er zijn enkele momenten waarop de maker zich wel kort engageert, maar de focus ligt op het ontvangen. “De makers krijgen het laatste woord en daarin laten ze vaak weten dankbaar te zijn. Ze rollen hun sheets op en nemen die mee naar huis. Ze hebben echt het gevoel iets gekregen te hebben om verder te bouwen aan hun werk. Er is geen overweldigende tsunami van allerlei oppervlakkige oordelen over hen heen gekomen” Een andere interessant element dat Van Lindt aanstipt is dat het verloop van de sessies vaak wordt bepaald door de factor tijd; sommige formats duren bijvoorbeeld maar vijf minuten. Ze omschrijft het als een beperking die activeert, want deelnemers worden gedwongen scherp te formuleren. “Soms denk je: ‘wow dat is interessant’, en dan moet je al afronden. Dat is natuurlijk frustrerend, maar ik verwijs dan naar de wandelgangen en de zeeën van tijd die je hebt na de feedback sessie om verder te gaan met de discussie.”
Niet oordelen en het lef hebben om vragen te stellen. De basis van nieuwsgierigheid. En of dat te leren is? Tuurlijk.
In het kort komt de methode van DasArts op het volgende neer. Je bedenkt van te voren allebei welke vraag je beantwoord wil krijgen. Waar wil je feedback op met betrekking tot het prototype dat je hebt gegeven. Is het spannend genoeg, is het makkelijk, is het handig…… Vervolgens vraag je de volgende zin af te maken:
“Wat voor mij werkte………….”
Je partner heeft 1 minuut de tijd om de zin af te maken en leest hem dan voor.
Als ie klaar is pakt ie de dobbelsteen en gooit.
De tweede feedback methode is dat je een zin vanuit een perspectief van een persoon af maakt. Dus een perspectief van een van de stakeholders uit je situatie. De zogenaamde perspectieven ronde.
“Als…………..heb ik behoefte aan………”
Het mooie van deze ronde is dat het verwijst naar een mogelijke toekomst zonder in een oordeel te vervallen.
De derde feedback methode is de roddelronde waarin je in een gesprek met een fictief derde persoon vertelt wat je van het prototype vinden. De maker draait zich om en doen niet mee. Deze ronde duurt twee minuten
De vierde feedbackmethode is een brief. In 5 minuten schrijf je een persoonlijk brief aan de maker van het prototype met wat je nog meer kwijt wil en geen plek had gekregen in een van de andere feedback opdrachten. De brief wordt persoonlijk ondertekend en in een envelop gestopt, dicht geplakt en aan de maker overhandigd.
De vijfde feedbackmethode is het stellen van een open vraag. Deze begint met Waarom, Wie, of Wanneer. Dus niet een vraag waar men ja of nee op kan antwoorden.
De zesde is de tips en tricks ronde. Hierin vertel je bijvoorbeeld het TED filmpje wat zeker bekeken moet worden, welk boek ie zeker moet lezen of welke film hij niet mag missen. Zie het als het geven van een kadootje. Een verrassing.
Zo. Dat wat betreft de uitleg. Pak nu een dobbelsteen en gooi:
One Response to “Design Dobbel 7even. Dit is Design Thinking by Doing Verhaal nummer 704/1.111”