Vanochtend werd ik wakker met het verhaal van mijn Little Earth riem. Ik kocht de riem samen met een rugzak in Atlanta toen we daar naar de jaarlijkse grootste pretparkbeurs ter wereld gingen. En of dat nog niet genoeg vermaak was hadden we een Ford Mustang gehuurd. Deze was nog zo nieuw dat de nummerplaten nog niet klaar waren en er Toyota City (de naam van de dealer waar we hem huurden) op de nummerplaat stond. Dat bleek legaal te zijn. Maar zou later toch flink wat verwarring opleveren.
En dat kwam omdat de Little Earth rugzak gemaakt was van een oude binnenband van een vrachtwagen met daarop een oud nummerbord uit California. Een cooler souvenir uit de U.S of A. kon ik me als autoliefhebber niet voorstellen.
Met de riem om mijn middel en de California nummerplaat op mijn rug liepen we door de hallen met pretpark en kermis attracties op zoek naar nieuwe dingen. Aan het eind van de dag zat de rugzak vol met folders en ging de riem een gaatje groter om ruimte te maken voor het fastfood.
Aangekomen bij onze Toyota City Mustang gooide ik de volle rugzak op de achterbank die daarbij bijna onzichtbaar verdween tussen de lege Starbucks bekers en ander fastfood verpakkingsmateriaal. Ik stapte achter het stuur en merkte dat mijn riem best nog een gaatje ruimer kon. Overigens had mijn zakenpartner de avond ervoor het Toyota City nummerbord en het eraf getrokken met de woorden; “Dit is een Mustang geen Japanner.”
Tevreden onderuit gezakt in het leer van de wilde paardenkrachten reden we nergens heen. Dat zijn misschien wel de mooiste ritjes. Die zonder bestemming.
Na een minuut of 20 zag ik een politieauto in mijn binnenspiegel en ik probeerde zo onopvallend mogelijk te rijden omdat ik mijn rijbewijs niet bij me had en geen nummerplaat. Even verderop was een hele grote parkeerplaats waar ik rustig opdraaide….gevolgd door de politie. Ik reed de enorme, en bijna lege parkeerplaats, helemaal tot het eind waar een paar auto’s stonden geparkeerd………gevolgd door de politie. Eenmaal tot stilstand gekomen zag ik in mijn binnenspiegel de agent een poging wagen uit zijn auto te komen. De man was zo dik dat, toen hij eenmaal naast de politieauto stond ik niet kon geloven dat hij er ooit een keer in was gekomen.
Waggelend kwam hij naar de bestuurderskant lopen waarop ik mijn raam alvast liet zakken.
“Can I see your papers?” waarop ik hem de huurgegevens van de Toyota City Mustang gaf. Hij keek ons even kort recht in de ogen en wierp tevens een blik op de achterbank waar de California nummerplaat half zichtbaar tussen het food & beverage karton omhoog stak.
“Why is that plate not on the car?” vroeg hij, waarop ik de tas pakte en hem enthousiast vertelde over Little Earth. Dat die gemaakt was van een oude binnenband van een truck, de hengsels van een veiligheidsgordel en de oude nummerplaat uit California kwam. “I also got a belt!” deelde ik oprecht enthousiast en drukte op de vliegtuigsluiting van de riem en klikte hem open, vergezeld met een “Cool he”
De blik waarmee de agent ons aankeek had niet misstaan in een Coen Brothers film. Hij schreef het nummer van de nummerplaat op om zich vervolgens om te draaien en het nummer te checken. Ik kneep hem want ik dacht straks vraagt ie alsnog om mijn rijbewijs. Dat deed ie niet. Hij vroeg wel waar de originele nummerplaat was. Toen ik hem vertelde dat waarschijnlijk een trotse, vaderlands lievende Amerikaan de avond ervoor de Toyota City nummerplaat van het achterste van deze volbloed Mustang had verwijderd, glimlachte hij en wenst ons een goede dag aangevuld met;
“Get that plate fixed”
“Yes Sir”, antwoordde ik alsof ik net als klein jochie een laatste waarschuwing had gekregen van de schoolmeester.
“Let’s get a Taco.”
Geef een reactie