Magic Circle

6 dec

MAGICCIRCLE_956.001

De term Magische Cirkel is bedacht door Johan Huizinga, schrijver van Homo Ludens uit 1938. Na mijn schrijfexperiment van een jaar lang elke dag schrijven heb ik een aantal weken getracht een moderne vertaling te maken van deze Nederlandsche klassieker. Dat viel niet mee en ik stopte er dan ook mee. Toch kwam ik er weer terecht omdat ik in een gesprek met Evan den Heijer weer werd herinnerd aan de term magische cirkel:

‘Een vrijwillige, contractuele structuur die wordt afgekaderd door tijd en locatie.’

Wat ik mis in deze definitie is het perpectief van de speler. Die ik wel terugvind in de definitie van Bernars Suits. Hij definieert spel als een vrijwillige poging tot het overwinnen van overbodige obstakels.

Musea zijn ontstaan vanuit een behoefte schoonheid te delen. Schoonheid  als de weergave van de werkelijkheid (de Nachtwacht van Rembrandt) of iets waar we in geloofden (Het laatste avondmaal van Leonardo da Vinci).

Maar als we de schoonheid van moderne abstracte kunst willen zien, of moet ik zeggen voelen, voldoet het ophangen in een witte lege zaal niet. Moderne abstracte kunst is de verbeelding van de nieuwsgierigheid van de kunstenaar en het kunstwerk is slecht een momentopname.

Lang niet alle musea zijn in staat om een magische cirkel op te werpen die wij als toeschouwers vrijwillig willen doorbreken. Ik geloof dat spel de manier is om de magie van de moderne, abstracte kunst en de kunstenaar te ontdekken. Want veel moderne, abstracte kunst is als een vreemd uitziende, onbegrijpelijke taal uitkramende vreemdeling. Het is de kunst om voorbij je oordeel te gaan en  je nieuwsgierigheid te volgen.

Spel is de universele taal om die connectie te veroorzaken. Kunst beleven door vrijwillig overbodige obstakels overwinnen. Hoe?

Daar ben ik als master kunsteducatie student nieuwsgierig naar.

 

 

Geef een reactie

%d bloggers liken dit: