Aftellen naar de aftiteling. Gisteren zat ik met Dirk Johan Klanker in de auto en toen vroeg hij me of ik de verhalen, als ik ze zou publiceren nog ga redigeren/corrigeren. Mijn verhalen staan namelijk vol met schrijf, type en taalfouten. Ondanks dat ik ochtends elke tekst minstens drie keer na lees, vind ik later alsnog menig schrijf, type of taalfout.
Wikipedia:
Een typefout of tikfout, vaak afgekort als typo naar het Engelse typographical error, is een vergissing die wordt gemaakt tijdens het typen. Het zijn geen fouten die gemaakt worden door onwetendheid of te geringe kennis van de taal of spelling, maar fouten die worden gemaakt doordat een vinger verkeerd neerkomt op een toets van het toetsenbord of, in het verleden, van de schrijfmachine.
Typefouten worden vooral zichtbaar als er letters ontbreken of te veel zijn, of als een letter vervangen is door een (op het toetsenbord ernaast gelegen) leesteken. Als het aantal letters klopt, wordt over veel typefouten heen gelezen, vooral als slechts een paar letters van plaats verwisseld zijn (dit kan gebeuren bij snelle typers die met meerdere vingers typen, door de toetsen net in de verkeerde volgorde aan te slaan). Typo’s komen dus niet voor in geschreven handschrift.
Toch vind ik het verbazingwekkend dat ik over die typefouten heen lees. Het doet me denken aan het verhaal
de smid”…waarbij mijn zoon al zijn spaargeld inzette omdat ie zeker wist dat er “Het geheim van de smid” stond ipv “Het geheim van de de smid.” Als je denkt dat er iets staat maar het er niet staat, is het heel lastig om dat toch te zien, blijkbaar.
Enfin terug naar mijn schrijf, type en taalfouten. Een van de redenen die DJ aangaf dat hij nooit zo’n project als het mijne zou kunnen, is dat hij naar eigen zeggen “te perfectionistisch” is. Daar heb ik gelukkig geen last van. Althans niet met het schrijven op dit blog. Als ik er zeker van zou willen zijn dat er geen fouten in mijn teksten zouden staan dan zou ik het misschien zelf nog een paar door moeten lezen of, wat al helemaal geen optie is, iemand anders er naar laten kijken. Dat gaat niet gebeuren. Dit project is van Me Myself and I. En waarom ik het deel? Omdat jij het nu zit te lezen.
Rond 10 april 2016 heb ik 1.111 verhalen geschreven. De enige die ik gevraagd heb om wat voor mij te doen is Jeroen de Bakker. Hij vertelde me namelijk het verhaal van de 1.111 punten. Het verhaal van een idee in je hoofd (1 punt) naar een prototype in je handen (1.000 punten). Als ik straks in april 2016 Jeroen het eerste exemplaar van mijn boek overhandig had ik dat 26 januari 2013 niet kunnen bedenken. Het schrijven op dit blog is mijn dagelijkse, vrijwillige poging tot het overwinnen van een overbodig obstakel. En dat hoeft niet perfect te zijn. Want als iets perfect is, leer je dan nog wel?
Van de week was ik op de onderwijsdag van HKU met als thema “Ik zal je leren!”.
Sindsdien loop ik met de vraag in mijn hoofd “Wanneer leer je het meest?”
In april 2016 komt mijn boek uit. Niet perfect, wel leerzaam.
Interessante vraag, hoe je het beste leert. Chris Lonsdale zat ook met die vraag en heeft het gevonden om nieuwe talen snel en effectief te leren. Misschien helpt het jou? Zie: https://www.youtube.com/watch?v=d0yGdNEWdn0
Imperfectie maakt de dingen unique, houden zo Cor!